Voedingscoach en kookboekenschrijver Amber Albarda wil informeren en inspireren over voeding. Niet met een wijzend vingertje, maar op een ongedwongen manier. Dat startte vanuit haar persoonlijke ervaringen. “Ik zat totaal in de vernieling. Midden in dat dieptepunt besloot ik mijn voedingspatroon aan te passen.”

De gemiddelde diëtist lijkt soms vooral oog te hebben voor minder calorieën. De gemiddelde foodie kijkt alleen naar hip en heerlijk. Wat kies jij: diëtist of foodie?

“Ik kies zeker niet voor minder vet eten, want vooral goede vetten hebben we hard nodig nu belangrijke vetzuren als omega-3 niet overduidelijk meer in onze voeding aanwezig zijn. Ik vind het juist zo knap van de foodies dat ze een voorheen saaie boodschap – meer groenten eten – zo mooi en hip weten te verpakken. Met alle leuke recepten die erbij horen ga je als vanzelf meer planten eten, geweldig toch?”

De kleine Amber, at zij liever lolly’s of avocado’s?

“Gezond eten vonden mijn ouders belangrijk. Vooral mijn vader was erg tegen snoepen en een verantwoord voedingspatroon stond centraal. Met wat ik nu weet, snap ik dat natuurlijk. Maar als kind werd er niet veel uitgelegd. Als suiker slecht is voor je tanden, poets ik toch een keer extra – dacht ik dan. Waarom mag de hele buurt wel lekkers en ik niet? Ik heb van die jeugd zonder zoet best een tik gekregen. Toen ik eenmaal op mezelf woonde, ging ik die schade inhalen. Ik leefde op suiker en dus … op adrenaline.”

“Ik werkte bij een evenementenorganisatie en dat is hard werken met veel stress. Op een gegeven moment werd ik erg ziek. Mijn hormoonhouding was totaal ontregeld. Ik kreeg schildklierproblemen en andere auto-immuunaandoeningen. Mijn haar viel uit, ik werd steeds dikker en had geen energie meer. Ik zat totaal in de vernieling. Midden in dat dieptepunt besloot ik mijn voedingspatroon aan te passen. Na een aantal maanden knapte ik behoorlijk op. Ik realiseerde me dat eten meer is dan alleen je maag vullen zodat je geen honger meer hebt. Voeding kan je helen. Vanaf toen voelde ik: Jeetje, dit wil ik van de daken schreeuwen. En dat doe ik!”

Gezond eten: is dat zwart of wit of heel veel grijstinten?

“Tijdens de evenementen krijgen deelnemers kennis om voor zichzelf, hun gezin en hun naasten te zorgen. En dat is nooit zwart-wit. Tegen mijn eigen kinderen zeg ik niet alleen: ‘Dit is slecht, dit mag je niet.’ Ik leg uit waarom. Er zijn flink wat grijstinten. Rauwe groentesapjes zijn supergezond, maar niet als je last hebt van je darmen bijvoorbeeld. Maar, zo zijn er ook zaken die redelijk zwart-wit blijven: witte geraffineerde suiker is echt niet goed voor je lijf, dus dat het overal en op ieder kinderfeestje erbij hoort is zo’n verkeerde ontwikkeling. Dat is iets wat we over twintig jaar – maar hopelijk eerder- tegen elkaar gaan zeggen: ‘Wat? Gaven we onze kinderen vrijwillig ladingen suiker?’ ‘Ja echt, het zat overal in, echt bizar.’”

Vegan of flexitariër?

“Plantbased eten – vooral de groene groenten- is echt ‘the bomb’ om me maar even lekker Amerikaans uit te drukken. Voor ons lijf, de wereld, de dieren: iedereen wint. Volledig vegan is voor mij alleen net een stapje te ver. Niet alleen vind ik een ei hier en daar heel erg lekker, maar je doet je lijf er ook een plezier mee. Eieren zitten vol goede eiwitten, selenium en jodium voor de schildklier, dat is bij mij een aandachtspuntje. En in mijn idee benadeel je er geen kippen mee, mits je de juiste eieren koopt uiteraard. Flexitariër dus, met staande ovatie voor de vegan lifestyle. Echt waar.”

Tot slot: wat schaft nu de gezonde pot?

“Meer planten. Dat vind ik nu juist het mooie van de hierboven genoemde gezonde foodies. Ze maken het met hun lekkere en makkelijke recepten, mooie plaatjes en prachtige boeken zó makkelijk om groenten overal in te verwerken. Van je ontbijt tot aan bonbons voor speciale gelegenheden; overal worden groenten in verstopt. Geweldig! Wie er nu nog niet aan het al lage advies van 250 gram groenten per dag van het Voedingscentrum komt …”